Nederlands Deutsch

Maldigestie/malabsorptie

Bij deze test worden de parameters pancreas-elastase en galzuren gemeten. Dit geeft informatie over de opname van voedingsstoffen, met name vetten, en het functioneren van de pancreas.

De alvleesklier (pancreas), produceert het verteringsenzym elastase. In tegenstelling tot de andere eiwitsplitsende enzymen, blijft elastase ook nadat het de darmen gepasseerd is actief. Daardoor kan door onderzoek van het elastasegehalte in de ontlasting worden aangetoond of de alvleesklier voldoende functioneert.
Als er door een aandoening onvoldoende enzymen in de dunne darm terechtkomen voor een goede vertering van de voeding, kan het lichaam de voedingsstoffen, vooral de vetten, niet goed opnemen.

Galzouten worden geproduceerd in de lever en opgeslagen in de galblaas. Na het nuttigen van een maaltijd worden ze afgegeven in de dunne darm waar ze belangrijk zijn voor ondermeer het afbreken van vetten. Onder normale omstandigheden wordt meer dan 95% van de galzouten weer opgenomen in het laatste deel van de dunne darm om terug te keren naar de lever. Een teveel aan galzouten in de darm stimuleert water afscheiding, hetgeen diarree veroorzaakt.